Tijdelijke wet COVID-19: voorzieningen voor rechtspersonen

Het voorstel voor de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid is gisteren aangenomen door de Eerste Kamer. De wet bevat een aantal tijdelijke voorzieningen voor het bestuur van een onderneming. Die voorzieningen moeten ervoor zorgen dat de onderneming onder de huidige omstandigheden zo goed mogelijk kan blijven functioneren. In deze blog geef ik je een overzicht van de tijdelijke voorzieningen.

Algemene vergadering

Het bestuur kan bepalen dat een algemene vergadering (AV) wordt gehouden die alleen via een livestream (audio of video) te volgen is. Voorwaarden zijn dat: 

  • dit bij de oproeping wordt vermeld; en
  • de aandeelhouders tot 72 uur voor de AV, bijvoorbeeld via e-mail, vragen kunnen stellen over de onderwerpen die op de agenda staan. Deze vragen moeten uiterlijk tijdens de AV worden beantwoord. Na afloop moeten de antwoorden digitaal beschikbaar worden gesteld.

Het bestuur moet zich ervoor inspannen dat ook tijdens de vergadering vragen kunnen worden gesteld. Of dit in een concreet geval mogelijk is, zal waarschijnlijk afhangen van het aantal deelnemers. Kan een aandeelhouder niet optimaal deelnemen aan de vergadering, bijvoorbeeld door een gebrekkige verbinding, dan heeft dit geen gevolgen voor de rechtsgeldigheid van de besluitvorming.

Uitstel van termijnen

Het bestuur kan ervoor kiezen om de termijn voor het houden van een AV te verlengen met ten hoogste vier maanden, als dit beter uitkomt dan het houden van een digitale AV. Het bestuur kan ook de termijn voor het opstellen van de jaarrekening eenmalig met vijf maanden verlengen. Op dit moment heeft alleen de AV deze bevoegdheid. De AV heeft na de verlenging nog een maand om de jaarrekening vast te stellen. De verplichting om de jaarrekening binnen twaalf maanden na de balansdatum te publiceren, blijft vooralsnog staan.

Beperking bewijsvermoeden

Als de termijnen voor het deponeren van de vastgestelde jaarrekening niet worden gehaald, dan geldt dat het bestuur zijn taak onbehoorlijk heeft vervuld. Ingeval van faillissement wordt dan vermoed dat deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van het faillissement. Dit bewijsvermoeden is op grond van de nieuwe wet niet van toepassing als het niet-deponeren het gevolg is van omstandigheden die verband houden met het coronavirus.

De tijdelijke voorzieningen treden in werking met terugwerkende kracht vanaf 16 maart 2020. De meeste tijdelijke voorzieningen zullen in beginsel vervallen op 1 september 2020. Deze termijn kan nog wel worden verlengd. De versoepeling van het bewijsvermoeden bij faillissement geldt in beginsel tot 1 september 2023.

Wil je weten welke mogelijkheden dit wetsvoorstel biedt voor jouw onderneming? Neem gerust contact met ons op.

Ik wil meer informatie ontvangen over dit onderwerp

Vul hier je naam in

Vul hier een geldig telefoonnummer in (Voorbeeld 0612345678, zonder spaties of tekens)

Ongeldige invoer

Opmerking (optioneel)

Mariëlle van der Stok

Mariëlle van der Stok

Juridisch adviseur
Deel dit artikel

Ik wil meer informatie ontvangen over dit onderwerp

Vul hier je naam in

Vul hier een geldig telefoonnummer in (Voorbeeld 0612345678, zonder spaties of tekens)

Ongeldige invoer

Opmerking (optioneel)