De meest gestelde vraag in december
Veel IB-ondernemers halen na enkele moeizame jaren weer betere resultaten. Dit heeft uiteraard ook zijn weerslag op de te betalen aanslag inkomstenbelasting. Veel ondernemers zoeken daarom in december nog even contact met hun adviseur en stellen de vraag: moet of kan ik nog wat doen in december?
Naast een gesprek over alternatieven, zoals bijvoorbeeld het naar voren halen/aanbetalen van investeringen, gaat het al gauw richting het eventueel storten van een koopsom. Als het belastbaar inkomen hoger is dan € 66.422 (2016) kan dit zorgen voor 52% besparing inkomstenbelasting. Dat het daarnaast ook nog een mooie aanvulling voor het “ondernemers” pensioen is, wordt al gauw als bijzaak gezien.
Aan het storten van de koopsom zitten wel voorwaarden verbonden. Er moet een berekening gemaakt worden voor de hoogte van het pensioentekort op basis van de winst van vorig jaar (de zogeheten jaarruimte) en/of een berekening van de reserveringsruimte (het tekort van de afgelopen 7 jaar). Als de afgelopen jaren echter weinig winstgevend waren, komt er mogelijk weinig “tekort“ uit. Er kan dan weinig tot niets afgestort worden in het winstgevende jaar.
In goed overleg biedt de oudedagsreserve de nodige flexibiliteit
Een alternatief is in dat geval het toepassen van de oudedagsreserve (voorheen de FOR). Hiermee mag je 9,8% van de winst fiscaal reserveren, met een maximum van € 8.774 (2016). Je hebt dan je aftrekpost te pakken, maar deze moet je uiteindelijk wel weer een keer bij je winst tellen. Dit kan bij het staken van de onderneming, maar ook bij het (alsnog) storten van een koopsom in een volgend kalenderjaar.
Op deze manier heb je in het nieuwe jaar nog voldoende tijd om een geschikte aanbieder te zoeken waar je je koopsom wil storten en bovendien creëer je een extra aftrekpost! Doordat je oudedagsreserve vrijvalt in de winst, krijg je er 14% mkb winstvrijstelling over. Wanneer het maximumbedrag van € 8.774 van toepassing is, heb je dus een extra aftrekpost van € 1.228.
Het nadeel van het eerst toepassen van de oudedagsreserve en vervolgens afstorten, is dat je niet met specifieke bedragen kan werken. Je past de oudedagsreserve toe of niet. Je hebt wel de vrijheid welk bedrag je als lijfrente afstort ten laste van de oudedagsreserve.
De oudedagsreserve wordt vaak als een bedreiging voor de ondernemer gezien. De ondernemer vergeet- of kan de oudedagsreserve niet afstorten door liquiditeitsgebrek en daardoor kan de claim (te) hoog oplopen. In goed overleg biedt de oudedagsreserve echter ook de nodige flexibiliteit.