Wat kost een vakantiedag?

Ken je dat gevoel; de vakantiedagen gaan sneller op dan het jaar vordert. Zoals in de tijden als student, dat de maand net wat langer duurde dan de toelage toeliet. Het is voor mij ieder jaar puzzelen. Zal ik wel of niet in het voorjaar op vakantie gaan? Kost toch weer 5 dagen… Om vervolgens aan het einde van het jaar te concluderen dat je de dagen niet meer kunt plannen en dus te zuinig bent geweest.

Wat doe je dan met overtollige dagen? Laat je ze uitbetalen? Niet doen is wat ik veel om me heen hoor. Veel te duur, daar hou je bijna niets van over. Laten we de proef op de som nemen.

Stel je bruto uurloon is € 15 en je laat 10 dagen uitbetalen. Dit levert bruto € 1.200 op. Dan gaat er eerst 40,85% belasting vanaf. Dat is € 490. Maar dan zijn we er nog niet. De arbeids- en heffingskorting worden ook minder. Deze nemen per euro dat je meer verdient, gezamenlijk met 8,3% af. Dus nog € 100 eraf. Per saldo betaal je dan 49% belasting en hou je netto ongeveer de helft over.

Over je maandelijkse salaris betaal je wellicht 25 tot 30 procent belasting. Waarom over het vakantiegeld dan zoveel? Niet omdat de overheid het vakantiegeld zwaarder belast, maar omdat de belastingkorting op je maandelijkse salaris al verrekend is. Daarom lijkt het alsof je vakantiedagen zwaarder belast worden. Dit wordt nog versterkt door het feit dat de belastingtarieven hoger zijn dan dat de tabellen van de Belastingdienst je doen vermoeden. Het effectieve belastingtarief vanaf een inkomen van circa € 20.000 bedraagt minimaal 49% voor werknemers, terwijl op de belastingtabel 40,85% wordt vermeld.

Wat is de conclusie? Alle vakantiedagen opmaken? In ieder geval niet omdat dit zwaarder belast zou zijn. Wel omdat het leuk is en rust geeft. Voor mensen met een all-in salaris: altijd je dagen opmaken. Als dat lukt tenminste!